Cultuurplatform
van Urgent.fm
en cultuur- en onderwijspartners van de stad Gent

contact
partners

REVIEW | PINX 2020 | SPHINX CINEMA

REVIEW | FILM
wo 29.01.2020 | 20:00

door Dario Rens

Eind januari en begin februari was het opnieuw tijd voor PinX: ondertussen is het filmfestival van Sphinx Cinema dat zich focust op verhalen uit de LGBTQ+-community, een vaste waarde in het Gentse bioscooplandschap. Zoals steeds was Tumult.fm op de afspraak en krijg je ook dit jaar van ons een uitgebreide terugblik op het festival. Dit jaar sloegen we de handen in elkaar met KWIER om het festival samen te verslaan. KWIER is een Gents collectief van queers die zowel sensibiliseren als activistisch optreden om de queer community te verbinden. Omdat de verhalen die tijdens PinX op het witte doek vertoond worden, nauw aan het hart liggen bij de queer community, loodst KWIER samen met Tumult.fm en Kuleshov, je dit jaar als gids doorheen het festival. Soms heel persoonlijk, soms vanaf de zijlijn, maar altijd eerlijk.

 

 

Woensdag 29 januari - Matthias et Maxime (Jari Goerlandt)

 

Een groep twintigers spenderen een weekend in een vakantiehuis aan een meer in het Canadese binnenland. Matthias (Gabriel D’Almeida Freitas) kent een succesvolle carrière bij een advocatenbureau en heeft een relatie met Sarah. Maxime (Xavier Dolan) is een verloren figuur die de zorg voor zijn moeder (Anne Dorval), een ex-drugverslaafde, op zich heeft genomen. Wanneer de twee bij het maken van een amateurfilm tot een intieme kus worden gedaagd, lokt dit de jarenlange ondergedoken gevoelens voor elkaar uit. Het is een kus die blijft nazinderen waardoor hun levens een onverwachte wending nemen en hun vriendschap danig op de proef wordt gesteld.

 

Matthias et Maxime (2019) is de achtste en meest recente film van Xavier Dolan binnen zijn rijkelijk gevierde oeuvre met werken als Laurence Anyways (2012), Mommy (2014) en Juste la fin du monde (2016). Dolan kenmerkt zichzelf door een barokke stijl van filmmaking met veel aandacht voor de esthetiek van mise-en-scène en een sterke soundtrack. De snelle camerabewegingen, scherpe invalshoeken en experimenten met beeldverhouding vormen het bewijs van een jarenlang flirten met het volledige spectrum aan filmtechnieken. Dolan is overigens de schrijver, regisseur, monteur en vaak ook nog eens de acteur van zijn eigen films, die een grote rijkdom aan verhaalontwikkeling en dramatiek vertonen.

 

Met Matthias et Maxime keert Dolan terug naar zijn oorspronkelijke Québecse roots. Naast de ruimtelijke context waarin het verhaal zich afspeelt, komen de vluchtige handheld-camerabewegingen en speed dialogue opnieuw tot hun recht. Ook andere typerende eigenschappen, waaronder het meer als een plaats van escapisme en het explosieve karakter van bepaalde scènes, zijn in de film vertegenwoordigd. Voor de pittige vertolking van Maximes moeder beroept Dolan zich op zijn moeder-muze Anne Dorval, die deze rol eerder vertaalde in vorige films J’ai tué ma mère en Mommy. De typisch Dolanse razernij tussen moeder en zoon brengt ook bij Matthias et Maxime de meest krachtige scènes naar boven waarvan de spanning en emotie de kijker geheel omvangen.

 

Toch blijft de passage langs Hollywood zichtbaar. De excentrieke filmstijl die Dolan zo kenmerkend en baanbrekend maakt, is bij deze film meestal zoek. Op verschillende momenten vertonen de dialogen een gebrek aan rijkdom en komen scènes als overbodig over. De karakterontwikkeling is scherp, maar blijft nogal onvolledig waardoor we met veel vragen zitten. Ook de dosis sentimentaliteit blijkt soms buiten proportie. Zo eindigt Matthias et Maxime nogal “braafjes” in vergelijking met de dramatische slagkracht van Dolans eerdere werken. De kijkers die de hoop op een renaissance van de regisseurs oorspronkelijke filmstijl koesterden, blijven deze keer wat op hun honger zitten. 

 

Donderdag 30 januari - Searching Eva (Ann-Sophie Dewaele)

 

In deze filosofisch getinte documentaire gemaakt door Pia Hellenthal en Giorgia Malatrasi gaat men op zoek naar wat het tegenwoordig wil zeggen om een eigen identiteit te hebben en die bloot te leggen aan de wereld. Wie is ‘Eva Collé’? Collé is op hun eigen manier een celebrity. Maar ook sekswerker, schrijver, model, italiaans, non-binair, queer, anarchist,... De film is een esthetisch portret dat niet alleen de “vooroordelen” van buitenstaanders aantoont, maar ook de kijker uitdaagt om eigen meningen kritisch te bekijken. Searching Eva werd over een periode van 4 jaar gefilmd, op verschillende locaties (Berlijn, Mexico, Italië,...) verspreid over heel de wereld, en toont mooi aan dat niets een constante hoeft te zijn, wat iedereen (op het internet) ook zegt en/of denkt.

 

Hier en daar schiet de film jammer genoeg tekort aan echte substantie. Het draait om Eva en het leven van Eva draait, wel, ook om Eva… uiterlijk. En hoewel dat misschien een kritische blik lijkt op een narcistische, asociale en oppervlakkige maatschappij, wordt dat al vlug een beetje oud nieuws.

 

Net zoals Collé is de film een visueel pareltje. Met prachtige shots die perfect op de feed van een (Instagram)model zouden passen, wordt het verhaal van Eva aan elkaar gebreid en worden de vaak snijdende comments van volgers niet verborgen. Schommelend tussen selfies, woningen, catwalks, drugs en klanten er heeft Eva eigenlijk geen moeite om zichzelf te zijn. Of dat lijkt toch zo. Een eenzame extrovert, frequent alleen tussen vrienden, altijd een open boek en op hetzelfde moment nog steeds mysterieus… Collé blijft (zelfs na de film) een aaneenschakeling van paradoxen en vragen. En daar trekt die zich totaal niets van aan. Net die totale vrijheid maakt Collé net interessant genoeg om een (haast nietszeggende) documentaire over te maken.

 

 

Vrijdag 31 januari - MargueriteDeux (Sofie Veramme)

 

In de sobere kortfilm Marguerite, die vorig jaar een Oscarnominatie voor beste kortfilm in de wacht sleepte, maken we kennis met de oudere Marguerite (Béatrice Picard) en haar zorgkundige Rachel (Sandrine Bisson). Subtiel ontdekken we hun verhouding tot elkaar: of hoe het aanbrengen van spankousen plots erotisch geladen kan worden. Rachel werpt letterlijk een nieuw licht op het leven van de vrij eenzame Marguerite.

 

Een perfecte brug naar het hoofdprogramma, want ook de film Deux gaat verder op dat elan. We volgen Madeleine (gespeeld door de magistrale Martine Chevallier) en Nina (Barbara Sukowa) die hun relatie verbergen en zo voor de familie van Madeleine slechts overbuurvrouwen lijken. Wanneer Madeleine een beroerte krijgt ontvouwt zich een strijd tussen de volwassen kinderen van Madeleine, de nachtverpleegkundige en Nina, die vecht voor haar geliefde. Het resultaat is een prachtige en bij momenten bijzonder scherpe film die het spanningsveld tussen liefde voor familie en Nina bloot legt. Wat kan er op het spel gezet worden en hoeveel daarvan heeft te maken met geïnternaliseerde homofobie die wordt geprojecteerd? “Ça vous dérange, des vieilles gouines?”

 

Niet enkel voor het mooie beeldrijm tussen beide films (het wachten, het tikken van de klok, de uitgepuurde scenografie met licht en donker) maar ook voor het oprecht tonen van liefde tussen oudere vrouwen verdient Pinx meer dan een pluim. Te vaak blijven films in dit genre gericht op de jonge liefdes.

 

 

Vrijdag 31 januari - Taxi zum Klo (Joris Luyckx)

 

Frank Ripploh is polymorf. Hij neemt de vorm aan van regisseur, leraar, geliefde, drag queen, nymfomaan en lederfetisjist. In het autobiografische Taxi zum Klo vereeuwigde hij al deze gedaantes op pellicule. Dit ontwapenende portret toont op voyeuristische wijze het leven van een homoseksuele man en zijn strijd met de burgerlijkheid. Het houdt tevens een spiegel voor aan zij die deze strijd vandaag nog steeds voortzetten. Taxi zum Klo werd meerdere malen een waarachtige weergave van het homomilieu van eind jaren ‘70, pre-aids West-Berlijn genoemd en een authentiek portret van hét homoseksuele leven. Dat dit niet voor elke homo geldt, is uiteraard waar. Al van meet af aan woedde er een cultuuroorlog in de homoseksuele bevrijdingsstrijd. Deze ebt nog steeds door in het geschil tussen de homo- en heteronormatieve levensstijlen. De eerste staat voor promiscuïteit, plezier, frivoliteit en bevrijding (of asociale vormen van egoïsme, hedonisme en individualisme). De tweede staat voor trouwheid, stabiliteit, integratie en verantwoordelijkheid (of moralisme, onderdanigheid en saaiheid). Maar ook dit onderscheid is niet veel meer dan een binaire simplificatie van de werkelijkheid. De moeilijkheid ligt hem net in het vinden van een evenwicht, terwijl je op zoek gaat naar nog andere manieren om je tot jezelf en je omgeving te verhouden.

 

Er kan veel geklaagd worden (en dat gebeurde reeds) over de misrepresentatie van “de homo” in Taxi zum Klo. Maar dat is net waaraan Ripploh weerstaat. Taxi zum Klo wil helemaal niet representeren. Het is een eerlijke film. Een vrolijke film. Een tragische film. Een authentieke film. Een zelfreflectieve film. Het is één verhaal van één man op één moment in zijn leven: de rusteloze Frank krijgt zijn drang naar seks maar niet onder controle, en wil dat eigenlijk ook helemaal niet. Een erg herkenbaar gegeven voor zij die heel sterk geloven in seksuele bevrijding. Maar wanneer wordt die bevrijding een gevangenis? Wanneer ben je de slaaf van je eigen impulsen? Frank slaagt er niet in een evenwicht te vinden en zet hierdoor zowel zijn relatie als zijn job op het spel, waar hij nochtans allebei erg veel om geeft. Door die lens bekeken, heeft seksuele bevrijding ook iets heel zelfdestructiefs.

 

“Unapologetic”, zeggen ze in het Engels. Dat is exact wat deze film is. De levensvreugde druipt ervan af via Frank, maar ook de treurnis kunnen we waarnemen in Franks partner Bernd. Taxi zum Klo brengt dus geen antwoorden maar geeft enkel een beeld van wat het betekent om in een heteronormatieve, burgerlijke wereld te strijden voor een ander soort leven. Dat dit gepaard gaat met pijn, is evident. Het zou in de jaren ‘80 en ‘90 tot het grootste zelfveroorzaakte trauma uitgroeien die de homogemeenschap onderging. Hoe we ons vandaag verhouden tot die seksuele bevrijding is nog steeds aan verandering onderhevig. Op dat vlak blijft Taxi zum Klo brandend actueel.

 

 

Zaterdag 1 februari - Yo, imposible (Lex Van Cauwenberge)

 

“Na mijn geboorte voedden mijn ouders me als jongen op. Toen mijn broer geboren werd, besefte ik dat hij anders was. Maar mijn ouders vertelden me dat ik degene ben die anders is - niet hij.” Zo getuigt een anoniem inter* (wordt met * geschreven) persoon in Yo, imposible. En ook het hoofdpersonage Ariel (Lucia Bedoya) komt er in haar adolescentie achter dat ze inter* is. Haar dagen bestaan uit een vaste routine: haar vriend komt haar op het werk ophalen om haar vervolgens aan het ziekenhuis af te zetten, waar ze haar moeder bezoekt. In de openingsscène zien we hoe Ariels gezicht vertrekt van de pijn terwijl ze voor het eerst in haar leven seks heeft, terwijl haar vriend hier blijkbaar geen erg in heeft. Deze lijdensweg van steeds erger wordende pijn neemt haar dagelijkse leven over - van plassen tot wandelen. Simultaan krijgen we een beeld van de lijdensweg van haar moeder, Dolores (María Elena Duque), die langzaam verder aftakelt en waarbij het verleden veel geheimen met zich meedraagt. De vele beklijvende stiltes waarin het eerste deel van de film zich hult, worden steeds vaker onderbroken door getuigenissen van verschillende inter* personen en maken steeds meer plaats voor dialoog. Uiteindelijk zien we de getuigenis van Ariel over haar eigen inter* identiteit. Wanneer haar gevraagd wordt of ze dan “man of vrouw” wil zijn, antwoordt ze: “Ik ben wie ik wil zijn.”

 

Patricia Ortega maakte met Yo, imposible een relatief korte film met trage build-up en - gezien de lengte - nogal veel verhaallijnen. Wel representeert ze op accurate wijze de worsteling die Ariel aflegt met haar inter* en queer identiteit als persoon die als vrouw gesocialiseerd werd. Onder de druk van heteronormativiteit en homofobie waarmee ze te kampen krijgt, werkt ze aan haar zelfontwikkeling met vallen en opstaan - een bewogen pad van destructief gedrag, acceptatie en zelfvertrouwen. Al bij al is het een belangrijke film voor inter* visibiliteit, een thema waar nog veel te weinig over gepraat wordt. De film maakt van de gelegenheid gebruik om het traumatiserende aspect van operaties op inter* kinderen aan te kaarten. Zo wordt het woord gegeven aan meerdere inter* mensen, die getuigen over hun lijdensweg, over hoe artsen hen “blijven veranderen en in ons snijden” en aan een rouwende moeder, wier kind uit het leven stapte nadat die ontdekte wat er met hen gebeurd was als baby. Dit is nog steeds wat er dagelijks en wereldwijd in de praktijk gebeurt: hoewel er geen medische problemen zijn, worden inter* kinderen nog steeds geopereerd om ze een binair geslacht te geven - ook in België.

 

Tijdens het bekijken van de film herinnerden Ariels frustratie, moeheid en drang om ‘normaal’ te willen zijn me aan de mijne. Zoals veel queer personen verlang ik ernaar om op straat te kunnen staan zonder me telkens ‘anders’ te voelen. Toen ik na de film aan de uitgang van de cinema omringd was door een overwegend queer publiek, merkte ik dat ik tussen dat publiek niet zo'n buitenbeentje was, en wist ik weer waarom conformeren me niet gelukkiger zou maken. Ik wil niet terug de kast in; waar ik eigenlijk naar verlang, is om dat gevoel van ‘anders’ zijn van me af te schudden.

 

 

Zaterdag 1 februari - El principe (Youness Iken) 

 

In het Chili van de jaren '70 heeft twintiger Jaime (Juan Carlos Maldonadoeen moord gepleegd op zijn geliefde en moet hij naar de gevangenis in Santiago. In de brutale sfeer van gevangeniscellen werkt Jaime zich van loser op tot ‘prins’, zonder sentimentaliteit uit het oog te verliezen.

  

De tijd staat stil in de gevangenis van Santiago, want ook al speelt het verhaal zich af in een zeer specifieke politieke periode (de verkiezing van Allende), toch zijn er amper tot geen tijdsvermeldingen. Sebastián Muñoz schuwt de context om zich ten volle op het centrale verhaal te focussen: de dagdagelijkse kwellingen en pleziertjes van Jaime en de inwoners van het erbarmelijke gevangeniswezen.

 

Iedereen zit in hetzelfde schuitje en de toekomst ziet er voor niemand rooskleurig uit. Een robuust, kleurloos en duister decor toont allesomvattend geweld in combinatie met expliciete seks- en liefdesperikelen. Iedereen is op zichzelf aangewezen en faalt de hiërarchie in de gevangenis op te klimmen. El Príncipe is geen typische coming-of-agefilm. Macht, liefde, seks: het doel heiligt de middelen, want een gevangene is nooit voldaan. Is de mens bij uitbreiding ook niet tijdloos verlangend?

 

De geschiedenis herhaalt zich, maar met narratieve, muzikale en decoratieve spanningen die je continu onwennig doen voelen. In dit verhaal is uiteindelijk niemand El princípe: personages zijn taboeloos en smerig, maar ze worden ook verhelderend als slachtoffer getekend. Scènes met moorden, verkrachtingen, kleine en grote opstootjes beginnen en stoppen roekeloos. Maar dat is misschien wat Muñoz exact wilde: een roekeloze film in een roekeloos Chili.

 

 

Zaterdag 1 februari - Priscilla, Queen of the Desert (Alexander De Man)

 

‘That’s just what this country needs… a cock in a frock on a rock’. Trans* vrouw Bernadette (Terence Stamp) mag dit vlijmscherpe zinnetje dan wel met enig cynisme uitspuwen, het is wel de kloeke start van de queer roadfilm die zich twee decennia terug als 90’s camp-cult classic manifesteerde: The Adventures of Priscilla, Queen of The Desert. In de tweede langspeelfilm van Stephen Elliot vertrekken twee drag queens, Mitzi (Hugo Weaving) en Felicia (Guy Pearce) en trans* vrouw Bernadette op tour doorheen de godverlaten outback Down Under. Vanaf Sydney volgen we het drietal in hun caravan “Pricscilla, queen of the desert” in een symbolische road of empowerment richting Alice Spring. Subculturen in de spotlights van de prangende, Australische zon...

 

Met deze camp klassieker buigt Elliot zich over de performativiteit van queer genderidentiteiten door de kitscherige popcultuur te exploiteren in een politiek, rood-blauw-geel maatpak met pluimen. Zo kreeg deze productie ook de Oscar voor beste kostumering (Lizzy Gardiner & Tim Chappel). Daarenboven werd David Bowie in de rol van Mitzi overwogen - de rol ging uiteindelijk naar Hugo Weaving - om naast de grofgebekte macho Terence Stamp bergen te beklimmen op high heels en de knalroze bus Priscilla doorheen de oranje zandzee. Hoewel 25 jaar oud, heeft deze film nog niet aan relevantie ingeboet. 

 

Het is met archetypes en tegenstellingen tussen de kleurrijke drag queens enerzijds en burgerlijke, oude witte boeren aan de andere kant van het spectrum, dat Elliot een statement maakt. Priscilla is geen karakterstudie van personages die slachtoffer zijn van structuren, maar wel een mythologisch sprookje waarin alternatieve genderidentiteiten worden performed in de onverzettelijke outback. Toegegeven, stereotypering sluipt gevaarlijk om de hoek, al doet het toch eens deugd het iconische, Australische landschap niet overwonnen te zien worden door hyper masculiene spierbundels als Crocodile Dundee maar door flamboyante drag queens in vol ornaat. Daarenboven doet het ook gewoon deugd queer cinema te zien waarin het dansfeest wordt ingezet en we op de tonen van CeCe Peniston, Cindy Lauper en ABBA het inclusieve leven mogen  vieren. Een intertekstuele bom en een postmoderne mythe avant la lettre, die er in de eerste plaats is om te entertainen en de vlakke woestijn transformeert in het Boogie Wonderland van Earth, Wind & Fire.

 

 

Zondag 2 februari - Boy erased (Youness Iken)

 

In Boy Erased wordt de in de Verenigde Staten controversiële homoconversietherapie aan de kaak gesteld. Een harde reality check komt op het einde van de film: 700.000 mensen blijken in de Verenigde Staten betrokken bij dit soort wanpraktijken. De film baseert zich op de mémoires van Garrard Conley en moest hét symbool worden van het lijden van dit ontiegelijke aantal mensen en de spanning tussen christelijkheid en seksualiteit, maar slaagt daar slechts bij momenten in. 

 

Boy Erased kan niet anders dan miljoenen clichés tonen (over religie, familie, homoseksualiteit en de VS tout court), maar ontkrachtte de film de nodige clichés op tijd en voldoende overtuigend? Sommige scènes lijken te makkelijk geschreven, maar kunnen niet anders dan passen in de film. Ze lijken in elk geval niet honderd procent goed bestemd en noodzakelijk. De acteerprestaties maken wel veel goed: hoofdpersonage Jarred Eamons wordt fantastisch vertolkt door Lucas Hedges en ook diens moeder en vader, overtuigend gespeeld door Nicole Kidman en Russell Crowe, dragen de film. In negatieve zin valt de bijrol van Troye Sivan op, met weinig toevoeging en een flauwe verhaallijn. Een fijnzinnige soundtrack lijmt alles gelukkig nog wat aan elkaar.

 

Toch weet de film voor een betekenisvolle catharsis te zorgen. In een laatste, cassante confrontatie met de leraar van de conversietherapie en met zijn vader weet Jarred met krachtige oneliners beide gelovige heren neer te sabelen: “You’re gonna have to be the one to change”. Punt gemaakt. En kijk, de aftiteling leert dat de echte therapieleraar uit de memoires van Conley stopte met de praktijk en met zijn echtgenoot in Texas ging wonen. Zou het fenomeen Karma ergens in de Bijbel staan beschreven?

 

 

Zondag 2 februari - Transkids (Nima Jebelli)

  

‘De sterken dragen zorg voor de zwakkeren, ongeacht ras, religie of gender!’ scanderen de jongeren in de jeugdbeweging waar Ofri lid van is. Behalve Ofri ontmoeten we ook Liron, Romy en Noam. De Israëlische documentaire Transkids (2019) volgt vier tieners die zich niet kunnen vinden in de genderidentiteit die hun bij de geboorte werd toebedeeld. 

 

We krijgen een inkijk in hun dagelijks leven, hun interacties met vrienden en familie, school, sociaal werkers en medisch personeel. Het leven van een trans* jongere in een cis wereld is complex en soms hard, maar er zijn ook lichtpunten. Bijvoorbeeld wanneer je 90-jarige oma je correct gendert: ‘Je bent de enige kleinzoon die me nog opzoekt.’ 

 

Er zijn mensen die tijd nodig hebben om je transitie – en je trans* zijn – te snappen. Anderen willen het niet snappen. Sommige ouders blijven heel hardnekkig vasthouden aan wat ze kennen: twee genders, bij je geboorte bepaald. Transkids is hoopvol, maar toch passeren er genoeg familieleden de revue die zeer hard zijn en moeite hebben met aanvaarding.

 

Vanuit een vermeende bezorgdheid, in combinatie met angst voor wat ze niet kennen, voelen we de onhandigheid van vele ouders. ‘Hoe weet je dat je er geen spijt van gaat krijgen?’ – ‘Je bent zo’n knap meisje, wat als je als jongen niet meer aan een lief zult geraken?’. Het zijn vreselijk pijnlijke momenten, waarop familie – in plaats van behulpzaam te zijn en veiligheid te creëren voor het kind – juist meer angst en onzekerheid en onbegrip uitstralen en inboezemen. Wat nog het pijnlijkste is om te zien, is hoe de jongeren zichzelf vaak sterk proberen houden in zo’n situatie en de ouders gaat troosten en geruststellen. Er is nauwelijks ruimte voor het verdriet of de schrik van de jongeren zelf, zoals wanneer een chirurg ziet hoe de ouders worstelen met hun emoties na de mastectomie van hun zoon. Een van de ouders krijgt toch de krop in de keel en alweer moet het kind de ouder gaan geruststellen, op een moment dat hij hen nodig heeft om er te zijn voor hem.

 

Het is echter wanneer de jongeren alleen of onder elkaar zijn, dat de de oprechtheid langzaam naar boven komt. In de zeldzame afwezigheid van cis mensen, van ouders, medisch personeel, komen er toch wel enkele parels van intimiteit naar boven drijven die je naar de keel grijpen: “Het liefst zou ik willen dat ze mij onverwachts ontvoeren op straat, onder volledige verdoving leggen en dat ik wakker word na de operatie. Ik wil al na de operatie zijn.”

 

Zoals heel vaak met het narratief over trans* zijn, door en voor cis mensen, ligt er een grote focus op het trans* lichaam en de medicalisering van de trans* ervaring. De film mist daardoor een bredere, grondige maatschappijkritiek: waarom willen cis mensen - en in dit geval cis filmmakers en auteurs -  zo graag weten wat er tussen iemands benen zit en hoe die seks heeft en met wie? Het blijft helaas wachten op de film die niet het trans* lichaam, maar de maatschappij haar onderdrukkende obsessies onder de loep neemt.

 

 

 

Zondag 2 februari - Port Authority (Dario Rens)

 

Port Authority vertelt het verhaal van Paul (Fionn Whitehead) die in het beruchte New Yorkse busstation Port Authority aankomt en niet welkom is bij zijn halfzus, waardoor hij op straat belandt. Al snel wordt hij opgevangen door Lee (McCaul Lombardi) die een opvangcentrum voor dakloze ex-delinquenten runt en er ook een maffieuze huisjesmelkerij op nahoudt. Wanneer Paul op een avond een jongen uit het opvangcentrum volgt, komt hij terecht in de Kiki Ball Room Scene, waar zwarte queers zich volledig overgeven aan vogueing en ze zich voorbereiden op het lopen van categorieën - zoals femme queen realness - tijdens de balls. Daar wordt hij al snel verliefd op de mooie Wye (Leyna Bloom), maar moet hij kiezen tussen zijn liefde voor Wye en zijn trouw en vriendschap voor Lee.

 

Het langspeelfilmdebuut van Danielle Lessovitz probeert een blik te werpen op de New Yorkse ball scene en vogue dansers, twee aspecten van black queer culture die - mede dankzij Pose - steeds meer aandacht krijgen in de mainstream cultuur. Maar daar wringt meteen het schoentje: hoewel het verhaal zich afspeelt middenin inherent zwarte en people of colour queer cultuur, wordt het verhaal verteld vanuit het perspectief van een witte jonge man. Lessovitz zet een witte cisgender man in de schijnwerpers, terwijl ze een verhaal van zwarte identiteiten vertelt. Zelfs wanneer een van de zwarte queer personages sterft, zijn het vooral de nachtmerries van Paul die de aandacht krijgen.

 

Meer dan een gerecycleerd Shakespeariaans dilemma en een exotisme dat een wrange nasmaak achterlaat, wordt de film dan ook niet. Ook acteur Fionn Whitehead (Paul) overtuigt niet door een stoïcijnse vertolking, waardoor je nauwelijks enige sympathie voor hem voelt. Wanneer hij toch emoties toont, is zijn geloofwaardigheid ver zoek. Gelukkig waren er nog de acteerprestaties van hoofdrolspeelster Leyna Bloom (Wye) en straffe bijrollen van Taliek Jeqon, Eddie Plaza en Devon Carpenter - die jammer genoeg enkel aanwezig lijken te zijn ter entertainment. Het zijn dan ook vooral de momenten tussen Wyes familie onderling die oprechtheid uitstralen.

 

 

 

 

De spectra van seksuele diversiteit en genderdiversiteit op het witte doek vertonen is zoals steeds de kern van PinX. Door dit jaar bijkomend in te zetten op een nog bredere waaier van verhalen uit de LGBTQ+ community, kwam de kleurrijke gemeenschap deze editie nog extra uit de verf. Het is een evolutie die we alleen maar luid kunnen aanmoedigen. Op naar Pinx 2021!

 

 

 

Luister hieronder naar een interview met Wendy Vercauteren van Sphinx Cinema: zij dook samen met ons in het uitgebreide programma van PinX 2020.

 

 

 

 

Alsook een analyse van queer cinema door Joris Luykx van KWIER bij Urgent.fm filmprogramma Kuleshov

 

 

↓  GERELATEERDE ARTIKELS  ↓